Voor correcte waarden is het belangrijk om de stappenteller op de juiste manier te dragen. Je moet de stappenteller aan je riem dragen, aan de zijkant van je bekken. Op elke andere plek zal hij onjuiste waarden geven.
Het is niet nodig om je stappenteller uit te schakelen. Hij gaat immers automatisch in slaapstand als hij 30 seconden niet actief is. Als je weer gaat wandelen of op een van de knoppen drukt, schakelt hij automatisch weer in.
Als je stappenteller onnauwkeurige waarden weergeeft, dan kan dat verschillende oorzaken hebben: - je stappenteller hangt op een foute plaats - je gebruikt hem voor een andere discipline dan wandelen of powerwalken (bv. running, trekking enz.) Wil je weten hoe je die problemen oplost, raadpleeg dan de gebruiksaanwijzing
De stappenteller is ontworpen voor wandelen en powerwalken. De technologie om het aantal passen te meten is niet geschikt voor hardlopen of voor wandelingen met hoogteverschillen. De waarden zullen dan niet correct zijn.
Wilt u contact met ons opnemen? een contactformulier openen