REF: 8731671
2023
Deze mountainbike werd ontwikkeld om beter te worden in crosscountry mountainbiken (XC).
Een moderne geometrie met betrouwbare onderdelen, ideaal om de wereld van MTB-prestaties te ontdekken.
Als je fiets net uit de winkel komt, zijn de remblokken en schijven nog nieuw. Je kunt dan nog niet op volle kracht remmen. Bij fors en aanhoudend koud remmen (bijvoorbeeld in een afdaling), kunnen de remblokken oververhit raken en "verglazen".
Die verglazing maakt de remmen onbruikbaar, daarom raden we aan om je remmen in te remmen. Dit doe je door met elke rem een tiental keer te remmen. Inremmen wil zeggen sterk vertragen van 25 naar 5 km/u, maar zonder je wiel te blokkeren en door slechts één rem tegelijk te gebruiken.
Als je een dun, glad en glanzend laagje op je remblokken ziet, dan zijn ze wellicht verglaasd. Om dit te verhelpen en te voorkomen dat je ze moet weggooien, kun je ze ontglazen met relatief fijn schuurpapier (korrel 120). Draag handschoenen en een mondkapje terwijl je je remblokken schuurt. Monteer je remblokken vervolgens terug op je fiets en rem ze opnieuw in.
De minimale en maximale bandendruk in de originele montage met binnenband (tubetype) staan op de zijkant van de band.
Houd er echter rekening mee dat de bandendruk een kwestie van persoonlijke voorkeur is en afhangt van je gewicht, het terrein waarop je fietst en je gevoel.
Je moet dus het juiste compromis vinden tussen traprendement (hard opgepompt) en comfort/grip (minder hard opgepompt).
Hiervoor kun je als volgt te werk gaan:
zoek een kort traject (5-10 minuten) met zoveel mogelijk verschillende ondergronden (modder, oneffen terrein, met boomwortels, kasseien…). Pomp de banden tot de aanbevolen maximumdruk op en maak een rondje. Als je vindt dat de banden te hard zijn en dat je niet genoeg comfort hebt of te weinig grip in de bochten, dan laat je er wat lucht uit. Fiets opnieuw een rondje tot je de optimale bandendruk hebt gevonden.
Let erop dat je niet onder de aanbevolen minimumdruk gaat, om te voorkomen dat je band bekneld of lek raakt.
Goed opgepompte banden zijn essentieel bij het mountainbiken. Controleer dan ook regelmatig de bandendruk.
TUBELESS is een goede manier om het uiterste uit je band te halen. De druk is minder hoog (zo'n halve bar) dan bij een tubetype band. Omdat hij minder is opgepompt, komt het "karkas" van de band rechtstreeks in contact met de ondergrond. Je hebt daarbij geen weerstand door de binnenband.
Als je tubeless rijdt, is het de bedoeling om de druk te verlagen, zodat je optimale prestaties haalt uit je banden zonder dat je velgen de grond raken bij het nemen van een hindernis.
Let op dat je de spanning van 2,5 bar niet overschrijdt bij een TUBELESS-montage, want zo riskeer je de carbonvelgen te vervormen.
Voorbeeld van een prof: Joseph de Poortere, met een totaalgewicht van 73 kg inclusief uitrusting, pompt zijn banden op tot 1,5 bar vooraan en 1,8 bar achteraan in droge omstandigheden op ruw terrein en tot 1,3 bar vooraan en 1,6 bar achteraan in natte omstandigheden.
Goed opgepompte banden zijn essentieel bij het mountainbiken. Controleer dan ook regelmatig de druk van je banden.
Om het risico op perforatie of beknelling van je binnenbanden te beperken, en om de grip en het comfort te verbeteren, is het mogelijk om de wielen van je MTB om te zetten naar TUBELESS.
Je wielen en banden zijn Tubeless Ready, dit betekent dat er al een luchtdicht velglint aangebracht werd en dat de band geschikt is om tubeless te rijden. Het enige wat je nodig hebt, is een paar tubeless PRESTA-ventielen en antilekvloeistof. Vergeet niet om handschoenen en een veiligheidsbril te dragen om jezelf te beschermen tegen spatten.
Om je wielen tubeless te maken, volg je de volgende stappen:
1. Demonteer het wiel
2. Neem de originele buitenband en de binnenband af van de velg
3. Controleer of het velglint goed is vastgelijmd en of het geen luchtbellen of insnijdingen vertoont
4. Plaats van binnenuit een TUBELESS PRESTA-ventiel in het ventielgat
5. Breng 90 ml antilekvloeistof aan
6. Monteer de originele TUBELESS-band
7. Pomp de band stevig op zodat deze zich in de velg zet. Let op dat je de spanning van 2,5 bar niet overschrijdt, want dat kan de carbonvelgen beschadigen.
Als dit je te moeilijk lijkt, kan je naar een Decathlon-atelier in je buurt gaan om dit klusje te laten uitvoeren.
Je moet je afstellen op basis van je rijstijl, de ondergrond en je persoonlijke voorkeur, maar vooral ook op basis van je gewicht.
Om achter de aanbevolen spanning en rebound van je vork te komen, klik je op de volgende link. Je zal gevraagd worden naar je gewicht mét uitrusting (helm, schoenen en drinkrugzak) en naar je fietstype. Dat is dus een MTB.
De applicatie berekent vervolgens de aanbevolen spanning (in psi) en de terugvering in aantal kliks, gerekend van de volledig vastgeschroefde positie in de richting van de klok (trage stand).
Met behulp van de spanning kun je de zogenaamde SAG bepalen, dit is het percentage dat de vering inzakt wanneer je op je fiets stapt. Op een XC-MTB met full suspension zal een hogere SAG (tussen 20% en 30%) zorgen voor meer soepelheid en comfort. Voor een sportiever gebruik dat gericht is op prestaties, kies je eerder voor een hardere vork met een lagere SAG (tussen 15% en 25%).
De terugvering (of rebound) bepaalt hoe snel de vering terugkeert naar zijn oorspronkelijke positie na het absorberen van een schok. We raden aan om de rebound in te stellen op basis van je conditie en niveau. Het rebound-wieltje bevindt zich onder de rechter buitenpoot van je vork.
Nu je de aanbevolen instellingen voor je vork hebt bepaald, kan je het gedeelte "DE SAG VAN DE VORK AFSTELLEN" raadplegen.
Nadat je de gewenste instellingen van je vork hebt bepaald, kun je aan een andere persoon vragen om je te helpen. Verder heb je nog een hogedrukpomp voor veringen nodig.
Je kunt het filmpje volgen om te leren hoe je de SAG van je vork afstelt.
NB: Denk eraan dat het ventieldopje dient om je ventiel tegen stof te beschermen en de druk van de vering niet vasthoudt. Het heeft dus geen enkele zin om het te hard dicht te draaien!
Je MTB is compatibel met een telescopische zadelpen met een diameter van 31,6 mm.
De doorgang van de buitenkabel en de kabel gebeurt intern vanaf de bovenkant van de onderbuis en wordt vergemakkelijkt door de Internal Routing Access aan het crankstel (onder de down tube).
Deze video helpt je bij het monteren van je nieuwe telescopische zadelpen. Je kan je MTB ook naar een Decathlon-atelier brengen zodat onze technici hem monteren.
Om je mountainbike goed schoon te maken, heb je fietsreiniger, een spons en een borstel nodig.
Spoel de fiets af met de tuinslang voordat je het reinigingsproduct aanbrengt. Gebruik vervolgens de spons en de borstel om het product doeltreffend aan te brengen. Het is belangrijk om het product te laten inwerken voordat je de fiets afspoelt.
Blijf met het spuitstuk van de tuinslag op een redelijke afstand zodat je de mechanische elementen niet beschadigt.
Droog tot slot je fiets af met een droge, schone en zachte doek.
Gebruik nooit een hogedrukreiniger, het water zou in de kogellagers kunnen dringen en je mountainbike voorgoed beschadigen.
Om deze ingreep uit te voeren, heb je het volgende materiaal nodig: remblokken, een platte schroevendraaier en een inbussleutel.
Haal allereerst het wiel uit het frame. Gebruik vervolgens een grote schroevendraaier om de remblokken te spreiden en de zuigers in hun originele positie te brengen.
Verwijder de borgpen en maak het schroefje los dat de remblokken op hun plaats houdt. Haal de remblokken vervolgens uit hun behuizing. Maak de nieuwe remblokken klaar door de contraveer ertussen te plaatsen.
Plaats de nieuwe remblokken in de remhoef en maak de schroef en de borgpen weer vast.
Dan kun je het wiel terugplaatsen. Rem vervolgens een tiental keer om je remblokken dicht te duwen. Doe nog even een visuele controle om na te gaan of je remblokken goed op hun plaats zitten en niet tegen de remschijf schuren. Vergeet je nieuwe remblokken niet in te remmen.
Voor deze ingreep heb je een inbussleutel van 5 mm nodig.
Schroef de remhoef los en druk de remhendel in. Het is belangrijk dat je de remhendel ingeduwd houdt voor je de hoef weer vastschroeft op 9,5 Nm.
Vervolgens doe je een visuele controle om na te gaan of de schijf en de remblokken nog contact maken.
De vork is een van de belangrijkste onderdelen van een mountainbike. Een strikt onderhoud ervan garandeert comfort en veiligheid op moeilijk terrein. We raden aan om je vork regelmatig te onderhouden.
Om de levensduur van je voorvork zo veel mogelijk te verlengen zijn er meerdere onderhoudswerkzaamheden nodig:
Na elke rit kan je het best het vuil verwijderen op de binnenpoten en de stofafdichtingen. Zo verklein je het risico dat er vuil in de buitenpoten komt. Je kan ook wat Teflon-smeermiddel aanbrengen om te vermijden dat de afdichtingen uitdrogen. Veeg dan wel het overtollige smeermiddel af om stofophoping te voorkomen.
De volgende twee onderhoudswerkzaamheden zijn ingewikkelder omdat hiervoor de vork moet worden gedemonteerd. Als je niet zeker bent of niet over het juiste gereedschap beschikt, kan je je mountainbike naar een van onze Decathlon-ateliers brengen waar onze technici het onderhoud voor je zullen doen. Als je het zelf wilt doen, raadpleeg dan de handleiding van je vork. Je vindt deze onderaan de pagina in het gedeelte HANDLEIDINGEN.
Na 50 uur gebruik moet een basisonderhoud gebeuren: vervangen van de smeerolie, de schuimdelen en de schraperafdichtingen. Bekijk de SRAM TECH-video om je hierbij te helpen.
Na 200 uur gebruik is een volledig onderhoud van je vork nodig met het vervangen van alle dichtingen, de smeerolie en de olie in de demper.
Met een versleten ketting kun je niet meer goed schakelen en verslijten je cassette en je kettingblad sneller.
Met een kettingtester kun je nagaan in hoeverre je ketting versleten is. Het volstaat om het haakje tussen twee schakels van je ketting te plaatsen en de andere kant op de ketting te laten vallen. Als de tester volledig tussen twee schakels doorvalt, is de ketting versleten en moet je hem zo snel mogelijk vervangen om je cassette en kettingblad niet te beschadigen.
Voor cassettes met 11 of 12 versnellingen raden we aan om de ketting te vervangen zodra je 50% slijtage vaststelt. Zit je voorbij de 75%, dan moeten de ketting, de cassette EN het kettingblad worden vervangen. Daarom is het beter je ketting regelmatig te vervangen, om te vermijden dat de volledige transmissie vroegtijdig verslijt.
Mountainbiken is een ruwe sport waarbij je soms in omgevingen rijdt die je fiets kunnen beschadigen.
Zelfs als je je fiets perfect onderhoudt, kunnen bepaalde onderdelen beschadigd raken.
De meeste fietsreparaties zijn relatief eenvoudig en we helpen je om ze uit te voeren.
Als je je echter onzeker voelt of je hebt niet het juiste gereedschap, dan kun je bij een DECATHLON-atelier terecht, waar onze technici je stalen ros met plezier herstellen.
Wil je je mountainbike herstellen, een band plakken, een gebroken ketting of ander defect verhelpen, dan heb je het juiste gereedschap nodig.
Je hebt specifiek gereedschap voor fietsonderdelen (kettingzweep, cassette-afnemer…) nodig en ander, meer algemeen gereedschap (inbussleutels, tangen…).
Hieronder vind je een selectie van artikelen die goed van pas kunnen komen tijdens het onderhoud en de reparaties van je fiets.
Bij mountainbikes met een mechanische transmissie moet je de kabels en buitenkabels van de transmissie laten vervangen als je mountainbike niet meer goed werkt.
Als je achteraan slecht kunt schakelen en je shifter niet goed reageert, dan zitten de binnenkabel en buitenkabels mogelijk klem.
Je zal ze moeten vervangen om opnieuw goed te kunnen schakelen. Hiervoor kun je bij onze technici van de DECATHLON-ateliers terecht of je kunt het zelf doen met behulp van dit filmpje. In tegenstelling tot het filmpje heeft jouw MTB een interne kabelvoering, wat meer zorgvuldigheid vraagt tijdens de ingreep. Je kunt een liner plaatsen voordat je de oude kabel eruit haalt, zodat je de nieuwe kabel kunt leiden, of je kunt een magneetje gebruiken om de nieuwe kabel door het frame te leiden. Bevestig de kabel van de shifter altijd naar de derailleur toe om de interne doorvoer te vereenvoudigen.
NB: Als je regelmatig in vochtige en modderige omstandigheden gaat rijden of als je regelmatig met je mountainbike door grote waterplassen rijdt, zul je je binnen- en buitenkabels vaker moeten vervangen. We raden je ten zeerste af om je fiets met een hogedrukreiniger schoon te maken, omdat je dan al het vuil in de binnenkabels spuit.
Om een lekke band te repareren, heb je het volgende nodig: een pomp, een teiltje water, een doek en een reparatieset voor binnenband.
Pomp de binnenband een beetje op. Om het lek te vinden kun je de binnenband door het water halen of voor je lippen houden, zodat je voelt waar de lucht ontsnapt en zo het gaatje vindt.
Zodra je het gaatje gevonden hebt, droog je de binnenband af met een doek en schuur je hem op met het schuurpapier dat bij de reparatieset zit. Zo zorg je ervoor dat de lijm straks optimaal hecht.
Breng royaal lijm aan rond het gaatje en wacht 3 tot 5 minuten.
Plak dan de bandenplakker op het gaatje en houd enkele minuten goed op zijn plaats.
Nu kun je de binnenband opnieuw in de buitenband stoppen!
Om een TUBELESS band te repareren, volg je de volgende stappen:
1/ Haal het voorwerp dat het lek heeft veroorzaakt uit de band.
2/ Reinig het gat met een vijl waarop je een laagje lijm hebt aangebracht.
3/ Plaats de wiek in de naald. Forceer gerust, zo verzeker je de luchtdichtheid!
4/ Bedek de wiek en de naald met lijm.
5/ Duw de helft van de wiek in het gat.
6/ Verwijder de wiek voorzichtig uit de naald.
7/ Snijd de wiek af op 3 mm van het karkas van de band.
Dit kun je doen voor kleine scheurtjes tot 6 mm. Als het lek groter is, kun je de band beter vervangen.
Door het rijden en het nemen van hindernissen kan de spanning van je spaken veranderen en kan er een slag in je wiel komen.
Tijdens de eerste ritten met je nieuwe fiets zijn er altijd verschillende onderdelen die bewegen en zich nog moeten zetten. Dat is ook zo voor de spaken in je wielen, die je misschien hoort "kraken". Dat geluid wordt veroorzaakt door de resterende torsie van de assemblage. Het is meestal niet nodig om het wiel te richten. Is dat toch het geval? Geen probleem! Je kunt tijdens de eerste 6 maanden na je aankoop je fiets gratis laten nakijken in een van onze DECATHLON-ateliers om die lichte afwijking bij te stellen.
Wil je zelf je wiel richten, dan heb je minstens een spaaksleutel nodig en eventueel ook een centreervoet en een centreerboog.
Plaats je fiets op een reparatiestandaard of zet hem ondersteboven, op zijn zadel. Demonteer je wiel en haal de band en binnenband eraf. Monteer het wiel nu zonder band weer op je fiets (of op de centreervoet) en ga ervoor staan. Laat het wiel draaien en controleer of het recht draait ten opzichte van het frame van je fiets. Als je wiel op en neer gaat ten opzichte van de verticale as, zeggen we dat er een "sprong" in zit; als je wiel lijkt te slingeren op de horizontale as, dan zit er een "slag" in.
Om dit te corrigeren, volstaat het om de spaken ter hoogte van de slag of sprong wat vaster of losser te draaien. Je kunt ook een beroep doen op een van onze DECATHLON-ateliers om je wielen te richten.
Een verbogen derailleurpad leidt ertoe dat de derailleur niet meer goed uitgelijnd is en dus niet meer correct kan werken.
Ga achter je fiets staan en bekijk de uitlijning van je derailleur.
Is de derailleurpad verbogen of gebroken, ga dan naar een DECATHLON-atelier om hem te laten vervangen. Je kan hem ook zelf vervangen met behulp van dit filmpje.
Heb je een gebroken ketting? Repareer hem zelf met behulp van dit filmpje of breng je fiets naar een DECATHLON-atelier om het door onze technici te laten doen.
Om je ketting zelf te repareren, heb je het volgende nodig: een kettingpons, een missinglinktang, een nieuwe ketting en een snelsluiting.
Plaats de ketting op het laatste tandwiel. Verwijder de snelsluiting met de missinglinktang of met een kettingpons en haal de ketting van de transmissie. Leg de nieuwe ketting op het laatste tandwiel en het kleinste blad zodat je de juiste lengte eenvoudig kan bepalen. De ketting moet rakelings voor het grootste kransje van het bovenste derailleurwieltje lopen. Zodra je de lengte hebt bepaald, knip je de ketting op de juiste lengte af met je kettingpons.
Plaats tot slot de snelsluiting op de ketting en maak een omwenteling zodat de snelsluiting op het bovenste deel van de ketting komt te liggen. Druk hem met de hand aan om er zeker van te zijn dat hij optimaal zit.
Op de originele montage (GX of GX AXS) van deze MTB RACE 900, met een kettingblad met 34 tanden en een 10x52-cassette, bestaat de ketting uit 118 schakels (59 m/v-paren).
Zorg ervoor dat je altijd een snelsluiting bij je hebt als je gaat mountainbiken. Als je ketting dan breekt, kan je hem makkelijk ter plaatse repareren.
Om de slijtage van de cassette na te gaan, kijk je gewoon naar de staat van de tandwielen. Hebben ze puntige, scherpe tanden, dan is de cassette aan vervanging toe. Onthoud dat een versleten ketting de slijtage van je cassette in de hand werkt. Check dan ook regelmatig de staat van je ketting.
Je kunt je cassette in een DECATHLON-atelier laten vervangen of je kan het zelf doen.
Hiervoor heb je een compatibele cassette-afnemer (in dit geval een cassette-afnemer van SHIMANO) en een kettingzweep nodig. Demonteer je achterwiel en plaats je kettingzweep op een vrij groot tandwiel om de cassette tegen te houden. Plaats vervolgens de cassette-afnemer in het midden van de cassette en schroef de cassette los met een sleutel terwijl je met de zweep voorkomt dat ze ronddraait. De cassette is nu los van het wiel en je kan ze er makkelijk afhalen.
Voordat je de nieuwe cassette plaatst, maak je eerst de freewheelbody goed schoon. Je kunt ook de tandjes licht invetten om het demonteren in de toekomst te vergemakkelijken. Plaats de nieuwe cassette op de freewheelbody en draai het geheel vast. Het heeft geen zin om overmatig hard aan te draaien. Als je een momentsleutel hebt, stel je die in op 40 Nm.
Zijn bepaalde onderdelen aan vervanging toe? Hier vind je alle onderdelen voor de MTB RACE 720.
ROCKRIDER geeft levenslange garantie op het frame, de stuurpen en het stuur (bij normaal gebruik).
Voor de andere onderdelen bedraagt de garantie 2 jaar.